Samengevat: de anesthesist is verantwoordelijk voor de veiligheid en het comfort van de patiënt.

Naast het toedienen van de medicatie die nodig is om de verdoving in goede banen te leiden, is de anesthesist continu bezig met het waarnemen van de vitale functies van de patiënt: hartslag, bloeddruk, lichaamstemperatuur, ademhaling, zuurstofconcentratie in het bloed...; zo nodig gaat hij ingrijpen.

Hij is ook verantwoordelijk voor de regeling van de vochtbalans tijdens de operatie; suiker- en zoutoplossingen worden toegediend ter vervanging van het verlies aan vocht door verdamping, zweten, urine, maagvocht; ook bloedverlies wordt op een adekwate manier gecompenseerd.

Indien de patiënt bijkomende aandoeningen heeft zoals: diabetes, asthma, hoge bloeddruk, hartklachten, gaat ook hier de anesthesist rekening mee houden terwijl een patiënt onder zijn hoede is.